Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [17][Dan] [18]zegelt Hij de hand [19]van ieder mens toe, opdat Hij [20]kenne al de lieden Zijns werks. 17. Te weten, als het zeer sneeuwt of regent. 18. Dat is, sluit de handen toe, dat zij op het veld niet werken kunnen door het onweder. Hebreeuws, in, of op de hand. 19. Dat is, van alle landbouwers. 20. Dat is, opdat de landbouwer door de gelegenheid van den stilstand des werks, uit een ieder zijner werklieden tehuis op zijn gemak vernemen zou, hoe het met hun ganse werk te veld gesteld is. Anders, tot kennis aller mensen, die Hij gemaakt heeft.